Naam:         Anneke Roeleveld, geb. Taal

Geboren:   1946 in Scheveningen

Opleiding : aktes Textiele Werkvormen, Tekenen, Handenarbeid;

                    doctoraal Kunstgeschiedenis (Rijksuniversiteit Leiden) vv. 1ste graads bevoegdheid

                    Kunstgeschiedenis

Lid van:      Kunstenaars in het Statenkwartier (KS) en Kunst op Scheveningen (KopS).

Over mijn werk

 Tekenen en boetseren waren, zolang ik het me kan herinneren, mijn grote liefdes. Het illustreren van kinderboeken was mijn droom. Na de mulo werd ik toegelaten tot de Kon. Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag. Om privéredenen besloot ik op het allerlaatste moment af te zien van die studie.

Later, intussen getrouwd en moeder, behaalde ik de aktes Textiele Werkvormen, Handarbeid en Tekenen. Een paar jaar praktiseerde ik als ik docent (textiele werkvormen en handenarbeid) in het basis- en het middelbaar onderwijs. Vervolgens kreeg ik een leuke baan als Bezigheidstherapeute (zoals dat toen heette) in een bejaardentehuis.

Tijdens genoemde opleidingen had ik kennis gemaakt met de (Westerse) Kunstgeschiedenis.

En toen de kinderen het huis gingen verlaten, zegde ik mijn baan op wijdde me aan de doctoraalstudie Kunstgeschiedenis (Rijksuniversiteit Leiden) waarna nog de opleiding voor de eerstegraads onderwijsbevoegdheid volgde. Intussen was ik 50.

Na een tiental jaren van lesgeven aan de Volksuniversiteit, was het tijd voor weer een nieuwe uitdaging, het maken van beelden. Hetty Looman van Het Koorenhuis hielp me op weg.

Vanaf het begin vond ik het maken van kleine beeldjes het leukst. Vooral kinderen blijken een onuitputtelijke bron van inspiratie.

Daarnaast wilde ik ook wat grotere beelden maken. De mooie compositie op een foto van onze grootouders in Scheveningse dracht werd het eerste onderwerp. Ik maakte het koppel eerst in klein formaat bij wijze van oefening.

Toen bleek dat men wel zo’n klein beeldje wilde kopen werden er via een mal kopieën gemaakt, meestal in marmergips of – desgewenst - in brons.

Dit beeldje werd het begin van een reeks Scheveningse beeldjes (ca. 10 cm. hoog). Een aantal is gekoppeld aan een groter beeld, andere zijn op zichzelf staande ontwerpjes.

Naast het maken van deze figuren, heb ik mij ook geoefend in het boetseren van portretten. Alfred Beekenkamp leerde mij de beginselen.

Ik heb in de loop der tijd ook een aantal opdrachten gekregen. Enkele voorbeelden:

Naar aanleiding van mijn beeld van Het Schevenings Vissersvrouwenkoor wilde een (Franse) dame haar zingende echtgenoot afgebeeld zien in brons. Een trotse opa wilde zijn kleindochter in balletkostuum (keramiek). Een vader gaf opdracht voor een portret van zijn (7 jarige) zoon.

In mijn werk komt e.e.a. samen: de droom om ooit kinderboeken te illustreren en mijn voorkeur voor de beeldhouwkunst als onderdeel van de Geschiedenis van de Beeldende Kunsten. En tot slot de fascinatie om het gewone leven van alledag te verbijzonderen door middel van verbeelding.

***